Gerard Niemeijer nieuwe voorzitter Verslavingskunde Nederland
Gerard Niemeijer is per 6 oktober de nieuwe voorzitter van Verslavingskunde Nederland. Niemeijer, bestuurder van Verslavingszorg Noord Nederland, begon zijn carrière als verpleegkundige bij de traumachirurgie en heeft vervolgens verschillende functies in de zorg vervuld: van hoofdverpleegkundige en Physician assistant tot onderzoeker, organisatieadviseur, directeur en bestuurder. In welke hoedanigheid ook: de kwaliteit van zorg staat voor hem altijd voorop.
We doen fantastisch werk, alleen is verslaving geen sexy onderwerp
Wat is je ervaring met verslavingszorg?
‘Bij de traumachirurgie werd ik al geconfronteerd met verslaving en methadonverstrekking. Relatief veel letsel was alcohol gerelateerd. Bij Verslavingszorg Noord Nederland leerde ik voor het eerst meer over de zorg die daarbij hoort. Verslaving heeft niet alleen een directe relatie met mentale gezondheid maar raakt ook aan de somatiek, aan een verhoogde kans op het ontstaan van kanker, aan de incidentie van ongevallen. Dus een effectieve behandeling en natuurlijk preventie draagt bij aan de gezondheid van iedereen, van de maatschappij. We doen fantastisch werk, alleen is verslaving geen sexy onderwerp. De zorg en behandeling van mensen met een verslaving staat ergens achteraan. Er wordt nog steeds gedacht dat het iemands eigen schuld is, dat je een keuze hebt: wel of niet verslaafd.’
Gaan we het anders aanpakken onder jouw voorzitterschap?
‘Ik ben trots op wat we tot nu toe met Verslavingskunde Nederland voor elkaar hebben gekregen. Ik heb ook afgelopen vrijdag op de ledendag van VKN gezegd dat het niet om het dagelijks bestuur of mij als voorzitter gaat. Het gaat erom hoe wij als leden en partners van VKN met elkaar werken aan de thema’s waaronder we de laatste jaren onze schouders hebben gezet. Meer bekendheid over Verslavingskunde Nederland binnen de aangesloten instellingen is belangrijk. Het is een lastig proces om alle instellingen op zo’n manier te verbinden dat we niet alleen de zorg verbeteren, maar ook iedereen laten weten wat we doen en hoe we dat doen. Bekendheid draagt bij aan enthousiasme en inzet. We kunnen denk ik effectiever zijn door meer samen te doen in het delen van kennis en expertise en niet binnen de verschillende instellingen dezelfde puzzels op te lossen. Gelukkig weten we elkaar steeds beter te vinden.
Heb je een andere kijk op de zorg gekregen door jouw promotieonderzoek?
‘De titel van mijn promotieonderzoek was ‘Process Improvement in Health Care’. Kort gezegd: hoe kunnen we de zorg wat slimmer organiseren. Mogelijkheden vinden om de kwaliteit te verhogen en tegelijkertijd kosten te beheersen lijkt één van de belangrijkste gezamenlijke uitdagingen voor professionals, beleidsmakers en management. De focus is en zal moeten zijn kwaliteit. Kwalitatief goede zorg voegt waarde toe aan wat de cliënt nodig heeft op basis van zijn/haar specifieke omstandigheden. Meer en langere behandelingen leiden niet automatisch tot een betere kwaliteit van leven. Op een bepaalde manier vind ik de verslavingszorg qua organisatie van zorg complexer dan zorg in een ziekenhuis. Als bestuurder van een categorale verslavingszorginstelling met een breed behandelaanbod van outreachende zorg, jeugdverslavingszorg, preventie, wonen, klinische zorg, poliklinische zorg, forensische zorg en verslavingsreclassering ben ik onder de indruk van de diversiteit en eigenheid van de verschillende verslavingszorgsoorten. Zorgsoorten met eigen, specifieke financiering en wet- en regelgeving en cliënten die zich door dit zorglandschap van behandeling tot bemoeizorg heen bewegen. Verslavingszorg heeft een uniek en veelzijdig karakter en vereist specifieke kennis en kunde van verslaving en verslavingszorg. Deze kennis onderhouden en vergroten kunnen we als individuele verslavingszorginstellingen niet alleen, daar hebben we elkaar bij nodig. En daar draagt Verslavingskunde Nederland aan bij. Samen kunnen we een helder geluid laten horen en verslavingszorg nog beter positioneren. We zullen hieraan moeten blijven werken.
Waar gaan we beginnen?
‘We kunnen niet alles tegelijk. Streven naar een gezonde samenleving is al mooi. Daarbij is de jeugd en preventie belangrijk, zonder dat we de zorg voor onze oudere cliënten uit het oog verliezen. Het doorbreken van transgenerationele verslaving en mensen een perspectief geven, dan komen we al een heel eind. Vooral perspectief op een ander leven geven is van belang. Tijdens één van mijn werkbezoeken ging ik mee met een jongerenwerker. De gesprekken met hem en de jongeren die we bezochten maakten meer dan duidelijk dat verslaving een enorme impact heeft op ontwikkeling, zingeving, lichamelijke en psychische gezondheid en werk. Hoe indrukwekkend was de dankbaarheid van de jongvolwassene voor de jongerenwerker: ”dankzij deze meneer ben ik er nog en maak ik weer plannen voor de toekomst, ik raak die rotzooi nooit meer aan”. De dankbaarheid zat voor de jongere ook vooral in het feit dat hij de ervaring had altijd als mens, als individu gezien te worden en dat er echt geluisterd werd.
Waar staan we over vijf jaar?
‘Onszelf overbodig laten zijn zou een mooi streven zijn, maar dat is een utopie. In de komende vijf jaar hebben we hopelijk al veel ideeën verwezenlijkt over hoe we een bijdrage kunnen leveren aan de (jeugd)verslavingszorg en de landelijke preventie. Zodat minder mensen in Nederland verslaafd raken en minder mensen in de problemen komen door verslaving. Ik hoop dat de leden van Verslavingskunde Nederland nog beter erkend worden als experts waar het de verslavingszorg betreft. Onze kracht zit in de gebundelde expertise, een netwerk van kennis en kunde. In die hoedanigheid moeten we binnen vijf jaar een nog meer zichtbare gesprekspartner zijn geworden voor alle stakeholders.’
Wat moeten we volgens jou zien, lezen of horen?
Er zijn veel indrukwekkende boeken geschreven en films gemaakt over het effect van verslaving. Het laatste boek dat ik heb gelezen over verslaving is “Hongerige geesten” van Gabor Maté. Hierin beschrijft Maté dat we ten diepste allemaal hongerige geesten zijn, op zoek naar verdoving en verlossing en dat verslaving één van de meest algemene en menselijke uitingen van menselijk leed is.